Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Ingestort dak AZ-stadion. Een korte juridische beschouwing.

"Op 10 augustus jongstleden is een deel van het dak van het AZ-stadion in Alkmaar ingestort, waarbij gelukkig geen gewonden zijn gevallen. In de media wordt al volop gespeculeerd over hoe dit kon gebeuren: wat heeft de instorting van het dak veroorzaakt en wie is daarvoor verantwoordelijk? Tijd dus voor een juridische beschouwing waarbij wij ons beperken tot een kort commentaar aan de hand van twee nieuwsberichten. Over de schuldvraag is in dit stadium nog weinig te zeggen omdat momenteel nader onderzocht wordt wat het instorten van het dak van het AZ-stadion precies heeft veroorzaakt. Van daaruit zal moeten worden bekeken welke partijen daarin een aandeel hebben gehad en wie daarvoor aansprakelijk is. Daarbij zal relevant zijn of bepaalde personen of organisaties wisten of hadden kunnen weten dat er sprake was van een gevaarlijke situatie en wat er in de contracten door de respectievelijke partijen is afgesproken."

19 augustus 2019

1. Dakconstructie AZ-stadion te licht: 'Dit had voorkomen kunnen worden

(

RTL Nieuws

, 11 augstus 2019)

Voor de bouw van een bouwwerk zoals een voetbalstadion moet een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen worden verleend. Het bevoegd gezag moet op grond van artikel 2.10

Wabo

aanvraag voor een omgevingsvergunning voor bouwen weigeren indien de aanvraag en de daarbij verstrekte gegevens en bescheiden het niet aannemelijk maken dat het bouwen van een bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, voldoet aan de voorschriften die zijn gesteld in het

Bouwbesluit 2012

(onder meer over de sterke van de bouwconstructie). De crux zit in de term aannemelijk maken. Voor de toets van een aanvraag aan het Bouwbesluit 2012 geldt een zogenoemde aannemelijkheidstoets. Dat betekent dat het bevoegd gezag een vergunning mag verlenen indien deze tot de conclusie komt dat het

aannemelijk is

dat het bouwplan aan de voorschriften van het Bouwbesluit 2012 voldoet. Het bevoegd gezag moet dus wel aan het Bouwbesluit 2012 toetsen, maar de intensiteit van deze toetsing kan variëren. Hoewel dat bij een project met een omvang als het onderhavige niet heel voor de hand liggend is, is het mogelijk dat bij de vergunningverlening voor het AZ-stadion marginaal aan het Bouwbesluit 2012 is getoetst waardoor een eventueel te lichte constructie over het hoofd is gezien.

2. Van geen enkel gebouw wordt jaarlijks de constructie gecontroleerd

(

NOS

, 12 augustus 2019)

In de wet is geen specifieke verplichting opgenomen om de constructieve veiligheid van een bouwwerk periodiek te controleren. Artikel 1a lid 1

Woningwet

schrijft echter wel voor dat de eigenaar van een bouwwerk of degene niet uit anderen hoofde bevoegd is tot het daaraan treffen van voorzieningen ervoor zorg draagt dat als gevolg van de staat van dat bouwwerk geen gevaar voor de gezondheid of veiligheid ontstaat dan wel voortduurt. Artikel 1a Woningwet is een vangnetbepaling: handhavend optreden op grond van dit artikel is alleen mogelijk indien er geen voorschrift van meer specifieke aard valt aan te wijzen op grond waarvan in afdoende mate kan worden opgetreden ter voorkoming of beëindiging van het geconstateerde gevaar (zoals bijvoorbeeld een concrete overtreding van het Bouwbesluit) (

ECLI:NL:RVS:2010:BM0179

). Op bepaalde betrokkenen bij een bouwwerk rust dus een (zorg)plicht die tot doel heeft gevaar voor de gezondheid of de veiligheid te voorkomen. Tevens biedt dit artikel een basis voor het bevoegd gezag om handhavend op te treden tegen situaties waarin sprake is van een (dreigend) gevaar voor de gezondheid of veiligheid. De zorgplicht van artikel 1a Woningwet strekt alleen niet zo ver dat van een eigenaar kan worden verwacht dat hij inzicht verschaft in de bouwkundige staat van zijn bouwwerk (

ECLI:NL:RVS:2013:1089

). Artikel 1a Woningwet is in 2015 nog wel met een derde lid aangevuld waarin een onderzoeksplicht voor onder meer de eigenaar is opgenomen voor zover het bouwwerk in kwestie behoort tot een categorie bouwwerken waarvan is vast komen te staan dat deze een gevaar voor de gezondheid of de veiligheid kunnen opleveren. Tot dusverre zijn echter alleen galerijflats en zwembaden als zodanig aangewezen in de

Regeling Bouwbesluit 2012

. Het moge dus zo zijn dat een specifieke verplichting tot het periodiek controleren van bouwwerken ontbreekt, maar dat neemt niet weg dat de zorgplicht wel een zekere verantwoordelijkheid bij bepaalde personen neerlegt zodat een periodieke controle in ieder geval wel aan te raden is.

Artikel delen