Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Energietransitie vereist langetermijnstrategie Noordzee

"Bij een sterke groei van windparken op zee, buiten de 12-mijlszone, wordt de ruimte op de Noordzee schaars. Er dient een strategie te komen voor de Noordzee die reikt tot 2050. Een strategie tot 2030 is onvoldoende om de doelen voor klimaat, natuur en visserij optimaal te kunnen combineren. Juist na 2030 kan de realisatie van windparken op zee en de opslag van CO2 in oude gasvelden in een stroomversnelling komen. Dat leidt tot grote uitdagingen op het gebied van infrastructuur, natuurbescherming en visserij plus ruimtelijke planning op zee en op land. Er zijn nu al keuzes nodig voor de Noordzee om te voorkomen dat er in de periode na 2030 onomkeerbare problemen ontstaan."

PBL 31 januari 2018

Energietransitie vereist langetermijnstrategie Noordzee

Dat is de hoofdconclusie van de scenariostudie De toekomst van de Noordzee. Met deze studie verkent het PBL de ruimtelijke en ecologische effecten van plausibele ontwikkelingen in activiteiten op de Noordzee tussen nu en 2050 op het gebied van natuur, energietransitie en voedselvoorziening (visserij en aquacultuur).

Vier scenarios geven een breed palet van de mogelijke ruimtelijke en ecologische gevolgen. Hierbij gaat het niet alleen om de ambities om de klimaatverandering te beperken, maar ook om sectoren als de visserij, de scheepvaart en de zandwinning te verduurzamen.

Grootste uitdagingen Noordzee na 2030

Er staat veel te gebeuren op de Noordzee. Nederland heeft beleid ingezet om uiterlijk in 2020 het milieu voldoende te hebben hersteld volgens Europese regels. De visserij zoekt naar manieren om economisch levensvatbaar te kunnen blijven vissen ondanks de Brexit en het dreigende verbod op de pulskorvisserij. En tegelijkertijd wil het kabinet de Noordzee gebruiken om met windenergie en opslag van CO2 in oude gasvelden een grote slag te slaan om de klimaatafspraken van Parijs te halen. Uitbreiding van windenergie op zee kan bovendien helpen om de afname van de nationale aardgasproductie te accommoderen.

Tot 2030 is de ruimte die al gereserveerd is op de Noordzee voldoende om de groei van windenergie aan te kunnen, ook in het meest ambitieuze scenario. Daarna zullen er vele nieuwe gebieden nodig zijn, als er in 2050 ongeveer 20 tot 60 keer zoveel windenergie op zee komt te staan in vergelijking met 2017.

In het maximale scenario beslaan de windparken in 2050 ongeveer een zesde tot een kwart van het Nederlandse deel van de Noordzee. De windparken leveren dan tegen die tijd tot 2 keer zoveel elektriciteit als er nu in Nederland wordt gebruikt. Die hoeveelheid kan niet allemaal meer efficiënt met kabels in Nederland aan land worden gebracht. Een deel van de stroom zou dan direct via kabels in de Noordzee kunnen worden geëxporteerd of omgezet naar andere vormen van energie, zoals waterstof.

Het verenigen van de doelen en belangen van de energietransitie, natuur en visserij vormt een grote ruimtelijke opgave, vooral vanwege de grote toename van wind op zee. Dit vraagt daarom nu al keuzes voor de periode na 2030.

Natuur en visserij Noordzee hebben baat bij langetermijnplanning

Hoewel het netto effect van een windpark ook positief kan uitpakken voor de natuur, is onbekend wat de langetermijngevolgen zullen zijn bij een almaar groeiend aantal windparken op zee. De effecten op de natuur zullen voortdurend in kaart moeten worden gebracht om te voorkomen dat er besluiten worden genomen met onomkeerbare gevolgen, die de Noordzeenatuur onvoldoende ruimte laten voor verbetering en herstel.

Een windpark kan tot nieuw (onderwater)natuurgebied worden bestempeld of geschikt worden voor (ook) visserij of aquacultuur. Dit vermindert de ruimtelijke knelpunten op de Noordzee, maar voor vogels en vleermuizen boven het water blijven windturbines een obstakel. De politieke afwegingen hierbij worden voorbereid in de Noordzeestrategie 2030 van het Rijk die dit jaar zal verschijnen. Bij een forse uitbreiding van wind op zee, vooral na 2030, is het belangrijk om hierbij eveneens al rekening te houden met wat er in de periode 2030-2050 kan gaan gebeuren.

Keuzes, planning en voorbereiding nodig, ook internationaal

Bij een hoge groei van windenergie op zee komen er, mogelijk al vóór maar zeker ná 2030, allerlei knelpunten in zicht als gevolg van de effecten op de natuur en de benodigde energie-infrastructuur op zee en op land.

Opgaven als het transport naar land van de toenemende energieproductie op zee, eventueel installaties voor omzetting van elektriciteit naar waterstof met bijbehorende infrastructuur, het afbreken van oude platforms of hergebruiken bij CO2-opslag en de aanleg van energie-eilanden vereisen nu al keuzes, planning en voorbereiding voor de periode na 2030. Dit is het gevolg van lange doorlooptijden van soms meer dan 10 jaar bij planning, procedures en uitvoering van projecten en de samenhang met andere themas. Want al deze ontwikkelingen zullen zich moeten verhouden tot de ruimte en omstandigheden die als voorwaarden dienen voor een robuuste natuur, visserij, aquacultuur en andere gebruikers van de Noordzee, zoals scheepvaart en zandwinning.

Ook andere Noordzeelanden zoals het Verenigd Koninkrijk en Duitsland willen veel windparken op zee ontwikkelen en zullen de natuur verder moeten verbeteren om aan internationale afspraken voor natuurherstel te voldoen. Dat vraagt om een voorzichtige aanpak bij de ontwikkeling van windenergie op zee, bij voorkeur in internationaal verband.

Het behartigen van de nationale belangen, het tijdig halen van de klimaatdoelen, de betaalbaarheid van windenergie op zee en de langetermijnplanning van grote infrastructurele projecten vergen dat Nederland hier snel werk van maakt.

---

De toekomst van de Noordzee

De studie De toekomst van de Noordzee verkent de ruimtelijke en ecologische effecten van mogelijke ontwikkelingen op de Noordzee tussen nu en 2050 voor de natuur, energietransitie en voedselvoorziening. Het PBL gebruikt hiervoor 4 scenarios.

Ruimtegebruik Noordzee onder druk

Er staat veel te gebeuren op de Noordzee. Nederland heeft beleid ingezet om uiterlijk in 2020 het milieu voldoende te hebben hersteld volgens Europese regels. De visserij zoekt naar manieren om genoeg te kunnen blijven vissen ondanks het dreigende verbod op de pulskorvisserij en de Brexit. En tegelijkertijd wil het kabinet de Noordzee gebruiken om met windenergie en opslag van CO2 in oude gasvelden een grote slag te slaan om de klimaatafspraken van Parijs te halen.

Dat alles heeft een grote impact op het ruimtegebruik op de Noordzee.

4 scenarios uitgewerkt

Het doel van de studie is om antwoord te geven op de vraag: wat zijn de mogelijke ruimtelijke en ecologische gevolgen van plausibele ontwikkelingen op de Noordzee en specifiek het Nederlands Continentaal Plat, en wat betekent dat voor het beleid?

Er zijn voor deze studie 4 Noordzeescenarios ontwikkeld:

  • 2 scenarios zijn gebaseerd op de Toekomstverkenning Welvaart en Leefomgeving (WLO), Nederland in 2030 en 2050.

    Die scenarios nemen het vaststaande beleid in 2015 als uitgangspunt en worden gekenmerkt door respectievelijk een lage en een hoge dynamiek van economische, technologische, klimatologische en andere ontwikkelingen. Deze scenarios veronderstellen dat het vaststaande overheidsbeleid in de toekomst ongewijzigd wordt voortgezet.

  • 2 duurzame scenarios veronderstellen extra beleid dat kan bijdragen aan de ambities van het Klimaatakkoord van Parijs en het VN-doel voor duurzame ontwikkeling van de Noordzee.

    Deze scenarios bieden ook de mogelijkheid om te verkennen hoe invulling kan worden gegeven aan de themas energietransitie, robuuste natuur en toekomstbestendige voedselvoorziening uit de Noordzeestrategie 2030 en de Nationale Omgevingsvisie (die als tijdshorizon 2050 heeft).

Het achtergronddocument met meer informatie over onderliggende gegevens, aannames en onderbouwing van de veronderstelde ontwikkelingen in de Noordzeesectoren verschijnt in februari 2018.

Auteur(s)

Jan Matthijsen, Ed Dammers & Hans Elzenga

Publicatiedatum

31-01-2018

Pagina's

72

Artikel delen