Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Bedrijven en milieuzonering

Een woning die op korte afstand van een bedrijf gelegen is, zal mogelijk overlast in de vorm van geluids-, geur- of lichthinder ervaren. Om deze mogelijke overlast zo veel mogelijk te beperken, is door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (de VNG), de Handreiking “Bedrijven en Milieuzonering” in het leven geroepen. Deze handreiking bepaalt dat er richtafstanden aangehouden moeten worden tussen milieugevoelige functies en omliggende bedrijven. Bij milieugevoelige functies gaat het bijvoorbeeld om woningen, ziekenhuizen en scholen.

30 juni 2020

Artikelen

Artikelen

Handreiking “Bedrijven en Milieuzonering”

In de Handreiking “Bedrijven en Milieuzonering” worden bedrijven ingedeeld op basis van de te verwachten milieuhinder. Per milieuonderdeel (geur, geluid, stof en externe veiligheid) wordt aangegeven welke milieuhinder verwacht kan worden. Per milieuonderdeel leidt dat tot een afstand die moet worden aangehouden tot een milieugevoelige functie. Dit leidt weer tot een indeling in verschillende milieucategorieën, afhankelijk van de grootste afstand die moet worden aangehouden. Hoe groter de milieuhinder, hoe hoger de milieucategorie die aangehouden moet worden.

De verschillende milieucategorieën zijn genummerd van 1 tot 6, waarbij ook gewerkt wordt met de subcategorieën 3.1 en 3.2, 4.1 en 4.2, en 5.1, 5.2 en 5.3.

Bij milieucategorie 1 gaat het om bedrijven met een heel lage milieuhinder voor de omgeving, zoals kantoren. Bedrijven met milieucategorie 3 zijn bijvoorbeeld een paardenfokkerij en een autoplaatwerkerij. Bij milieucategorie 6, de hoogste milieucategorie, gaat het om zeer milieuvervuilende bedrijven, zoals een kerncentrale of een olieraffinaderij.

Staat van Bedrijfsactiviteiten

Op het moment dat de gemeente besluit om aan (een deel van) een plangebied de bestemming “Bedrijven” toe te kennen, moet ook worden vastgelegd welke type bedrijven zijn toegestaan. Qua milieuhinder maakt het immers een groot verschil of bedrijven met milieucategorie 1 of milieucategorie 6 zijn toegestaan. Daarom wordt in bestemmingsplannen in ieder geval opgenomen tot welke milieucategorie bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan, bijvoorbeeld tot milieucategorie 2 of 3.2.

Daarbij wordt vaak ook nog een Staat van Bedrijfsactiviteiten opgesteld. In de Staat van Bedrijfsactiviteiten wordt exact aangegeven welke soort bedrijven zijn toegestaan. Hiermee kan een gemeente de verschillende bedrijfstypes in een gebied enigszins beperken. Het kan bijvoorbeeld zo zijn dat een gemeente alleen enkele specifiek genoemde bedrijfstypes van een bepaalde milieucategorie wil toestaan. De Staat van Bedrijfsactiviteiten wordt opgenomen als bijlage bij het bestemmingsplan.

Richtafstanden

Hoe hoger de milieucategorie, hoe groter de richtafstand die aangehouden moet worden tot een milieugevoelige bestemming. In beginsel geldt bijvoorbeeld een afstand van 10 meter voor milieucategorie 1, een afstand van 100 meter voor milieucategorie 3.2 en een afstand van 1500 meter voor milieucategorie 6.

De richtafstanden zijn indicatief. Dat wil zeggen dat zij in beginsel kunnen worden aangehouden als afstand waarbij geen milieuhinder optreedt. Er kan echter gemotiveerd worden afgeweken van de richtafstanden, indien dit uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening gerechtvaardigd is. In sommige gevallen betekent dit dat een grotere afstand moet worden aangehouden dan de richtafstand, in andere gevallen kan een kleinere richtafstand worden aangehouden. Uiteindelijk blijft ook het bepalen van een juiste richtafstand afhankelijk van de omstandigheden van het geval.

Gemengd gebied

Voor percelen in gemengd gebied geldt dat de richtafstand met één afstandsstap mag worden verkleind. Bij gemengd gebied gaat het volgens voornoemde handreiking om een gebied met een matige tot sterke functiemenging. Dit betekent dat naast woningen ook andere functies voorkomen, zoals winkels, horeca en bedrijven. Ook lintbebouwing in het buitengebied kan tot het gemengd gebied behoren. Een voorbeeld: voor milieucategorie 4.1 geldt normaliter een richtafstand van 200 meter, in gemengd gebied geldt echter een afstand van 100 meter.

Conclusie

Op het moment dat een milieugevoelige functie bij een bedrijf wordt gerealiseerd of andersom, is de Handreiking ”Bedrijven en Milieuzonering” van toepassing. Vaak is daarbij ook de Staat van Bedrijfsactiviteiten bij het bestemmingsplan van toepassing. Er dient gekeken te worden binnen welke milieucategorie het bedrijf valt en welke richtafstand aangehouden moet worden. Daarnaast zijn de richtafstanden indicatief en is het in sommige gevallen nodig dat een ruimere of juist een kortere richtafstand wordt aangehouden.

Artikel delen