Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Aedes: corporaties spelen sleutelrol in het oplossen van de woningnood

Donderdag 27 januari debatteert de Tweede Kamer voor het eerst met de nieuwe minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO), over de volkshuisvestelijke en RO-maatregelen in het coalitieakkoord. Minister Hugo de Jonge heeft al aangegeven tijdens dat debat vooral te willen luisteren naar de voorstellen van de Kamerleden, zodat hij eind maart zijn plannen kan ontvouwen.

Aedes 27 januari 2022

Aedes wijst de betrokken Kamerleden in een brief vooraf op de rol die corporaties kunnen spelen in het oplossen van de woningnood. Een derde van alle woningen in ons land is een sociale huurwoning. Daarom is het belangrijk dat corporaties de ruimte krijgen om te bouwen aan en te zorgen voor leefbare wijken. Het afschaffen van de verhuurderheffing is dan ook een groot compliment waard. Dat geldt ook voor het besluit om een toegewijde minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening aan te wijzen. Dit onderstreept het belang van de volkshuisvesting en dat het kabinet de wooncrisis, waarin Nederland nog altijd verkeert, serieus neemt.

Aedes en de aangesloten corporaties maken graag wederkerige prestatieafspraken met het kabinet, gemeenten en huurders. Over nieuwbouw, isoleren van woningen, betaalbare huren en leefbaarheid.

De woningnood is nog altijd groot. Daarom heeft Aedes samen met 33 andere maatschappelijk betrokken partijen in het wonen, de bouw, overheid, zorg en welzijn de ‘Actieagenda wonen’ gemaakt, met daarin concrete acties en voorstellen om de woningnood snel op te lossen. De nieuwe minister voor VRO kan hier direct mee aan de slag, als ware het een uitvoeringsagenda van het ministerie.

Koopkansen voor huurders

Wat Aedes betreft moet er nog goed nagedacht worden over het plan om huurders de kans te bieden om hun grondgebonden huurwoning te kopen, zoals staat beschreven in het regeerakkoord. In de huidige wooncrisis is het niet verstandig om het aantal sociale huurwoningen te verkleinen, juist omdat de wachtlijsten al heel lang zijn. Er zijn méér sociale huurwoningen nodig, niet mínder.

Om deze sociale huurwoningen te bouwen, zijn locaties en grond nodig. In veel gemeenten echter, komen er te weinig en te langzaam locaties beschikbaar om sociale- en middenhuur of flexwoningen te kunnen bouwen.

Ook zien we gemeenten waar niet of nauwelijks échte sociale huurwoningen voor de doelgroep worden toegevoegd, wanneer er sprake is van nieuwbouw. Een sociale huurwoning is meer dan de huurprijs alleen. Het is een (langjarig) betaalbare woning die via het woonruimteverdeelsysteem (passend) wordt toegewezen, zonder minimum inkomenseisen en waarbij verhuurders ook bijdragen aan de leefomgeving en prestatieafspraken. Een dergelijke definitie zou moeten gaan gelden als er in de praktijk sociale woningbouw wordt toegevoegd.

Huisvesting aandachtsgroepen

De Commissie-Ter Haar stelt in haar rapport ‘Een thuis voor iedereen’ duidelijk dat er in gemeenten minimaal 30% échte sociale huur nodig is (in nieuwbouw en de bestaande woningvoorraad; waarbij een groter aandeel in de bestaande bouw geen reden is om dat aandeel kleiner te maken) om woningzoekenden te helpen, een betaalbare woning te vinden, en juist ook om het toenemende aantal aandachtsgroepen te kunnen huisvesten.

Naast het huisvesten van aandachtsgroepen is het essentieel dat er al vóór het toewijzen van een sociale huurwoning ook de benodigde zorg en ondersteuning bij wordt geleverd. Door wonen, zorg, welzijn en veiligheid aan elkaar te koppelen, kunnen gemeenten, woningcorporaties, zorg- en welzijnsinstellingen en de politie zorgen voor leefbaarder wijken.

Woningbouwalliantie

Aedes is een van de partners van de Woningbouwalliantie. Deze partijen zetten zich in om samen met de minister te werken aan de kwantitatieve en kwalitatieve woningbouwopgave.

Ook namens de Woningbouwalliantie is er een brief naar de Kamer gestuurd. Samen met Koninklijke Bouwend Nederland, Neprom, NVM, Vereniging Eigen Huis en WoningBouwersNL wijst de brief de Kamerleden op een aantal mogelijkheden om sneller te kunnen bouwen.

Allereerst moeten er voldoende en haalbare plannen gemaakt kunnen worden met decentrale overheden. Daarvoor is het van belang dat er extra (gemeentelijke) capaciteit komt die zich bezig zal houden met versnelde vergunningverlening. Nog te vaak is het gebrek aan daadkracht de bottleneck, en niet zozeer de bouwperiode zelf. De bouw kan en wil vaker geïndustrialiseerd bouwen, zodat woningen sneller, duurzamer én kwalitatief beter gebouwd kunnen worden. Daar moet de regelgeving echter wel op voorbereid zijn. Tot slot verdient woningbouw prioriteit bij de aanleg en versterking van het elektriciteitsnet. Nieuwe nutsaansluitingen kunnen nu tot 50 weken op zich laten wachten, en daarnaast vraagt het toegenomen gebruik van het net om stevige ingrepen zodat we nieuwe én bestaande woningen en gebouwen kunnen blijven voorzien van duurzame energie.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.