Menu

Filter op
content
Omgevingsweb

Hoe lang accepteert de koper van bouwwerken nog 10% faalkosten?

Stichting Expertisecentrum Regelgeving Bouw (ERB) is bewoner van De Bouwcampus en is sinds 2005 hèt onafhankelijk expertisecentrum dat partijen in markt en overheid ondersteunt bij het interpreteren en toepassen van de bouwregelgeving in brede zin. Met fundamentele en gedetailleerde kennis van zowel de bouwregelgeving als de bouwkunde trachten zij een samenhangende en integrale bijdrage te leveren aan een betere interpretatie, toepassing en ontwikkeling van de bouwregelgeving.

20 januari 2016

We hebben nog vers in het geheugen wat er op 3 augustus 2015 in Alphen aan de Rijn is gebeurd. De maatschappelijke impact hiervan is groot. Als door een wonder zijn er geen slachtoffers gevallen. De economische schade is enorm. Dit voorval komt groot in het nieuws, maar is geen eendagsvlieg. Bij vele bouwprojecten is sprake van missers waarvan of de eindgebruiker geen weet heeft en er dus blijvend sprake is van onvoldoende kwaliteit of waarvan hij niet weet dat hij onnodig voor het herstel heeft betaald.

Welke regelgeving hoort bij welke werkzaamheden?

Wat doen uitvoerende partijen, adviseurs en andere betrokkenen fout? Dat begint met de vraag welke regelgeving nu bij de werkzaamheden in acht had moeten worden genomen. Dat weten veel van de betrokkenen al niet. Daar zou de bedrijfstak zich voor moeten schamen. Dat doet ze niet. Het is immers een collectief falen waarvan de eindgebruiker geen weet heeft. Een zichzelf respecterende bedrijfstak zou aan zelfreiniging moeten doen om dit uit te bannen. Dit al tientallen jaren bekende fenomeen wordt echter niet serieus aangepakt. Een ieder kijkt naar Vadertje Staat. Dat is op zich ook al beschamend.

Wet kwaliteitsborging voor het bouwen

Stichting Expertisecentrum Regelgeving Bouw, RIGO Research en Advies en TNO hebben in 2011 gepleit voor een driedeling in de regelgeving: eenvoudige regels voor 80% van de bouwactiviteiten, meer toezicht en controle voor 15% maatwerk en hoogwaardige begeleiding en controle voor de 5% meest complexe bouwwerken.

In week 31 van 2015 heeft de Raad van State advies uitgebracht over de concept Wet kwaliteitsborging voor het bouwen. Dat advies is geheim tot het wetsvoorstel -mogelijk spoedig maar wellicht ook helemaal nooit- wordt voorgelegd aan de Tweede Kamer. We weten inmiddels dat het voornemen is om de rol van de gemeente uit te hollen en te vertrouwen op de private markt als het gaat om de bouwkwaliteit en het bouwproces. Waarbij wel een salamitactiek wordt toegepast: eerst de bouwwerken met naar gedacht weinig risico. En nog veel meer kleine bouwactiviteiten worden helemaal vrijgelaten, een mooie markt voor beunhazen. Gaat dat de eindgebruiker nu echt helpen als we het kennisvraagstuk niet mee oplossen?

Tegen het wetsvoorstel bestaat veel aversie niet alleen vanwege de extra lasten die daarvan het gevolg zijn. De vele missers laten zien dat veiligheid, gezondheid, energiezuinigheid et cetera in het bouwproces niet vanzelfsprekend zijn. De bouwsector is niet onfeilbaar, maar de consument zou gebaat zijn met een meer vanzelfsprekende inzet van de noodzakelijke kennis.

Omvormen begint met scholing

Het omvormen van de bouwindustrie naar een volwassen industrietak die kwaliteit garandeert heeft nog een lange weg te gaan. Dat begint met scholing, waarbij veel meer dan nu de integrale samenhang en de regelgeving wordt geleerd. Een constructeur moet meer weten dan alleen het toepassen van Eurocodes (hoewel dat in de praktijk al velen hoofdbrekens kost). De uitvoerende op de bouw moet besef hebben van het waarom hij wat doet opdat het eindresultaat langjarig voldoet aan de contractueel vastgelegde eisen, waarvan de wettelijke eisen de ondergrensvormen. Waarom hebben we nog altijd scheuren in binnenwanden van woningen terwijl we weten dat vloeren doorbuigen en daarom binnenwanden niet klakkeloos op de vloeren moeten worden geplaatst?

Een paar suggesties die de mentaliteitsverandering op gang kunnen brengen:

  • De aansprakelijkheid van een bouwer gelijk trekken met die van elke andere producent.

  • Plantoetsing vooraf vervangen door een beoordeling as built.

  • Een overdrachtsdossier op het moment van gereed melding verplicht stellen.

  • Het overdrachtsdossier laten beoordelen door de Omgevingsdiensten en de opdrachtgever: is het niet adequaat, dan is de bouwer per definitie aansprakelijk.

  • De toeleveringsindustrie zorgt voor beproefde technische oplossingen (BTO) met erkende technische prestaties as built.

  • Voor bouwwerken volgens het BTO concept volstaat een eenvoudige check. Voor 5% heel ingewikkelde bouwwerken doet men er verstandig aan tijdig topexperts in te schakelen om het risico op aansprakelijkstelling af te dekken. Voor de tussencategorie (ca 15% van het bouwvolume) kan een private deskundige toezichthouder van nut zijn.

Voor de punten 5 en 6 is geen overheidssturing nodig. Dat moet de markt zelf willen en kunnen. De punten 1 tot en met 4 vergen een sterk vereenvoudigd wetsvoorstel om de kwaliteit te borgen.

Lees

hier

meer informatie over de stelselwijziging bouwregelgeving.

Gerelateerde info:

Artikel delen